Frankrijk 2011

Het hoofddoel van deze reis is Frankrijk en omdat we toch al heel zuidelijk komen gaan we ook een paar dagen naar Andorra en Spanje.

Frankrijk

Zondag 4 september 
Maarssen - Rouen, 485 km                           
De vakantie gaat beginnen en om 8.15 uur is de auto ingeladen en rijden we thuis weg. We hebben tijd zat en willen de hele reis zoveel mogelijk tolwegen zien te vermijden.
Bij Arras, net onder Lille, gaan we van de snelweg af. Via Amiens rijden we door naar hotel Le Relais Des 2 Rivières in Rouen voor onze eerste overnachting. Om 14.15 uur checken we in. We hebben een kleine kamer maar verder is het een goed hotel wat niet te ver van het centrum ligt. Het is een graad of 18° en we zijn nog maar net in de stad of het begint te regenen.
Rouen is al sinds 911 de hoofdstad van Haute-Normandië en heeft in 1150 stadsrechten gekregen. Met de rivier de Seine die midden door de stad loopt is het is één van de belangrijkste havens van Frankrijk.
Tijdens de tweede wereldoorlog heeft de stad het zwaar te verduren gehad en werden veel gebouwen vernield. Toch zijn er nog genoeg interessante en historische gebouwen bewaard gebleven om Rouen tot een mooie stad maken. De Kathedraal is gebouwd in de 16de eeuw. In het midden staat de centrale toren met een gietijzeren spits uit 1876 die de oorspronkelijke houten spits van 1544 vervangen heeft. In de oorlog werd de kathedraal zwaar beschadigd maar kon nog wel gered worden, de restauratie loopt nog altijd.
Eén van de oudste en bekendste straten van Rouen is de Rue du Gros-Horloge. De grote stadsklok uit het einde van de veertiende eeuw met een zestiende-eeuwse wijzerplaat is bevestigd op een poort die boven de straat loopt. Het is ook de stad van Jeanne d'Arc, de maagd van Orléans en de nationale heldin van Frankrijk. Ze werd geboren in 1412 en op haar 13de beweerde ze stemmen te horen die zeiden dat het land bevrijd moest worden van de Engelsen. Hierdoor vonden ze haar een heks en ketter. Ze werd voor de inquisitie gebracht en belandde uiteindelijk op 30 mei 1431 op de brandstapel op de Place du Vieux-Marché. Bij J.M's Cafe, een Iers restaurant, hebben we voor € 30,00 een lekkere hamburger met sla en patat, bier, wijn en koffie. Jammer dat ze er alleen maar frans spreken.
Met een omweg langs de oevers van de Seine lopen we terug naar het hotel.


Maandag 5 september
Rouen - St Mere Eglise, 265 km
Om 9.50 uur vertrekken we richting onze volgende bestemming. We doen eerst wat boodschappen en maken een stop om lekker te picknicken. Niet veel later komen we langs de eerste bezienswaardigheid van vandaag, de Pegasusbrug. De ophaalbrug werd gebouwd in 1934 en heette toen nog de Benouvillebrug. Het was de eerste brug in Frankrijk die bevrijd werd op D-Day, 6 juni 1944. Het café Gondree, bij de brug, was in deze periode de tweede locatie waar gewonden verzorgd werden. Ter nagedachtenis van de soldaten die de brug hebben veroverd kreeg de brug de naam Pegasus, genoemd naar het embleem van deze troepen. In 1993 is de brug in zijn geheel vervangen door een grotere modernere brug, hij werd te smal en was niet stevig genoeg meer. De nieuwe brug heeft echter wel het ontwerp van de oude brug, de originele brug is nog te zien in het museum.
We rijden door naar het strand van Arromanches. Hier is na D-Day een kunstmatige haven aangelegd om na de invasie de geallieerde troepen te kunnen blijven bevoorraden en groot materiaal aan land te brengen. Door het tot zinken brengen van oude (oorlogs)schepen ontstond er een golfbreker van ca 7 km. In de luwte van de golfbreker werden uit beton en staal opgebouwde pontons aangelegd die dienst deden als drijvende loskaden. Via drijvende bruggen kregen ze verbinding met de stranden. We rijden langs Port-en-Bessin, waar scenes van de oorlogsfilm The Longest Day zijn opgenomen.
De volgende stop is bij Pointe Du Hoc. Het ligt halverwege Omaha Beach en Utah Beach, heeft een smal keistrand, kliffen van 30 meter hoog en was een verdedigingszone van de Duitsers. Ondanks de gladde rotswand en onder vuur van de Duitsers lukte het de Engelsen tijdens D-Day om de top te bereiken. Nu zijn de resten terug te vinden van de Duitse artilleriebatterijen en de sporen van de strijd die er op 6 en 7 juni 1944 heeft gewoed.
We komen langs Carentan, een belangrijk punt omdat het de troepen die tijdens D-Day zijn geland op Omaha Beach en Utah Beach met elkaar zou verbinden. Utah Beach was de codenaam van het meest westelijke van de stranden die waren uitgekozen om te gebruiken tijdens de landing in Normandië. De landingen waren een groot succes en aan het einde van D-Day waren er op Utah Beach ongeveer 20.000 manschappen en 1700 voertuigen geland.
Na een lange maar interessante dag met goed weer (19°), komen we om 17.30 uur aan bij Logis Le Sainte Mere in St Mere Eglise. In het hotel eten we zalm met patat en sla van een heerlijk buffet. Met wijn en koffie kost ons dat € 37,00.


Dinsdag 6 september
St Mere Eglise - Rennes, 217 km
Na ons ontbijtje gaan we eerst in St Mere Eglise kijken. Het was de eerste stad die, tijdens de invasie op 6 juni 1944, bevrijd werd. Er werden meer dan 15.000 Amerikaanse parachutisten gedropt in en om het wegenknooppunt van St.-Mère-Eglise. Daarbij bleef de Amerikaanse soldaat John Steele met zijn parachute aan de toren van de kerk hangen. Hij werd onder vuur genomen door de Duitsers en in zijn voet geraakt en heeft het overleefd door zich dood te houden. Als gedenkteken hangt er aan de torenspits van de kerk een parachutistenpop.
Als we wat boodschappen hebben gedaan en weer een volle tank hebben rijden we verder. We vinden een goede picknickplek maar het weer is niet al te best dus eten we onze broodjes maar in de auto.
Het is nu niet ver meer naar Mont St Michel en gelukkig is het droog wanneer we daar aankomen. We willen net weglopen bij de auto als een Fransman vraagt of het klopt dat de letters NL op ons kenteken staan voor Pays-Bas. Voor wij "oui" kunnen zeggen is hij al weer weg. Mont Saint Michel is een klein rotsachtig schiereiland en is oorspronkelijk een getijdeneiland. Het was over land bereikbaar bij eb, maar bij vloed was het omringd door water. Er loopt nu een smalle verhoogde weg naar het eiland wat, met zijn trapstraten, alleen toegankelijk is voor voetgangers. Rond 700 werd het gesticht door de heilige Aubert, die op de berg kwam bidden. In 708 begon hij aan de bouw van de kerk op de rotspunt en een jaar later was de kapel klaar en konden er 100 mensen is. Later is het uitgebouwd tot het bestaande klooster. Toen in 966 de Noormannen, of Normandiërs, op het rotseiland kwamen bouwden ze onderaan en rondom het klooster de woonhuizen. Het is mooi om te zien en om doorheen te lopen maar wel erg toeristisch.
Rond 15.40 uur komen we aan bij Hotel Voltaire in Rennes, de hoofdstad van Bretagne. We hebben een studio met de inrichting wat wel een jaren 50 museum lijkt en buiten een gezellig zitje. Het is niet koud, alleen jammer dat er zoveel wind staat. Vanaf onze studio is het een ½ uurtje lopen naar het middeleeuwse centrum van de stad. Een leuke stad met veel 19de eeuwse vakwerkhuizen en een grieks restaurant, La Taverne Grecque. Het restaurant is pas om 19.30 uur open maar we hebben toch wel zin in een suflaki en giros dus gaan we eerst ergens anders maar wat drinken.


Woensdag 7 september
Rennes - Boyardville (D'Oleron), 339 km
We vertrekken om 10.25 uur richting zuiden en komen langs Nantes en La Rochelle. Er is onderweg niet veel te zien wat de moeite waard is om te stoppen, zelfs een toilet is moeilijk te vinden.
Wel is het mooi zonnig weer en met 22° is het warmer dan we tot nu toe gewend zijn. Pas als we de brug naar Ile D'Oleron over zijn wordt de route mooier. Na Corsica is dit het grootste eiland van Frankrijk en sedert 1966 is het door een brug van ruim 3 km lang verbonden met het vasteland. De bewoners leven van de visserij, de oesterkweek, wijnbouw en toerisme.
De komende twee nachten logeren we in een kleine stacaravan op camping Signol in Boyardville. De naam is afgeleid van Ford Boyard, een beroemd fort wat een paar kilometer uit de kust in zee ligt. Het heeft een mooi strand en het leuke centrum en de jachthaven van dit kleine dorp liggen op loopafstand van de camping. Er staan traditionele huizen langs de kade waar voldoende winkels en restaurants te vinden zijn. We hebben geen zin om uitgebreid uit eten te gaan en kopen bij de buurtsuper een lekkere fles lokale wijn en maken zelf spaghetti.


Donderdag 8 september
D'Oleron
Vandaag doen we lekker rustig aan. We maken een rondje over het eiland komen in leuke kleine plaatsen als St Georges en het havenstadje La Cotinière waar we onze broodjes opeten.
In de strijd om de titel hoofdstad heeft St Pierre het gewonnen van Le Chateau. Le Chateau is wel één van de belangrijkste plaatsen van Ile D'Oleron. De oude vestingstad dankt zijn naam aan de forten die er in de 11de eeuw gebouwd zijn. De citadel is gebouwd in 1630 en maakte, door zijn strategische ligging, in de 2de Wereldoorlog deel uit van de Antlantic Wall. Van hieruit werden La Rochelle, Rochefort en Royan verdedigd. Vanaf de vestingmuren hebben we een mooi zicht op de brug die het eiland met het vaste land verbind en op de oesterhaven.
Het is 21°, bewolkt en af en toe motregent het. We rijden terug naar de haven van Boyardville en voor € 18,00 per persoon gaan we een boottocht maken. Als eerste varen we langs Ile D'Aix, een klein eiland voor de Franse kust. Napoleon bezocht dit eiland in 1808, liet er een fort op bouwen en bracht hier in 1815 de laatste dagen van zijn leven door. We varen verder om Fort Boyard heen. Om de route langs Île d'Oléron naar de havenstad La Rochelle af te kunnen sluiten werd er met de bouw van het fort begonnen in 1801 en in 1857 is het voltooid en werd het in gebruik genomen als bescherming tegen de Engelsen. In deze tijd waren kanonnen nog niet in staat om zo ver te schieten (ca. 1500 meter) dat ze de gehele doorgang van 6000 meter tussen de beide eilanden konden blokkeren, vandaar dat er als aanvulling vanaf dit fort moest worden geschoten. Later is het tijdelijk als gevangenis gebruikt, tegenwoordig voor toerisme en het gelijknamige tv progamma. Het ovale fort is 68 meter lang, 31 meter breed, 20 meter hoog en gebouwd op een zandbank.
Na anderhalf uur varen zijn we weer terug. We gaan terug naar onze camping waar we in het restaurant voor € 21,00 wat eten, een wijntje drinken en nog wat internetten.


Vrijdag 9 september
Boyardville (D'Oleron) - Bordeaux, 193 km
Als het ontbijt op is, de stacaravan schoongemaakt en de auto weer ingepakt gaan we om 9.50 uur richting Bordeaux.
Het is een mooie weg om te rijden en na een korte stop voor een broodje komen we om 14.20 uur aan in hotel Citotel le Chantry. Een goed hotel met uitzicht over de stad en 10 minuten lopen van het centrum. Onderweg is het steeds warmer geworden en de temperatuur opgelopen tot 32°.
Bordeaux is de hoofdstad van het departement Gironde en is over de hele wereld bekend om de wijnen die uit de omgeving komen. Het ligt in het zuidwesten van Frankrijk aan de rivier de Garonne, in het historische centrum staan veel mooie 18de eeuwse gebouwen en het knooppunt en de ontmoetingsplaats van de stad is Place de la Comédie. Op dit plein ligt het Grand Theatre dat gebouwd is in 1773-1780 met aan de voorzijde 12 Korintische zuilen met een gallerij met 12 standbeelden van muzen en godinnen.
Lopend door leuke steegjes komen we bij het 18de eeuwse Place de la Bourse (het beursplein) in hartje van het oude centrum. Hier staan de beurs- en douanegebouwen in barokke stijl en in het midden staat de fontein met de Drie Gratiën. Tussen het plein en de rivier de Garonne ligt de Miroir des Quais, wat waterspiegel betekent. Op een groot vlak van 3400 m², dat in 2006 werd geopend, staat 2 centimeter water wat bij windstil weer op een spiegel lijkt.  Regelmatig wordt er nevel over het water gespoten, erg leuk op zo'n warme dag als vandaag. Op de kade staat een man met een gettoblaster niet onverdienstelijk te dansen. Het is een mooie schone stad die goed lopend te bekijken is.
In de buurt van het hotel is een chinees restaurant, voor € 30,00 hebben we kip kerrie en tjap tjoy met nasi, een ijsje met banaan, bier en wijn.


Andorra

Zaterdag 10 september
Bordeaux - Andorra, 411 km
Om 10.00 uur gaan we weer op weg. De eerste 70 km van vandaag rijden we nog binnendoor zodat we nog wat boodschappen kunnen doen en de tank vol kunnen gooien. Omdat we vandaag een flinke afstand af te leggen hebben gaan we voor het eerst de tolweg op. Als we bij Toulouse de tolweg af gaan moeten we € 15,80 afrekenen. We hebben het idee om dit met een briefje van € 50,00 te betalen, dan is het maar klein. Nou dat is zeker gelukt, alles terug in € 2,00 munten.
We moeten nog € 5,20 aan tol betalen waarna we verder een mooie route door de Pyreneeën rijden. Het is een gebergte op de grens van Frankrijk en Spanje wat zich uitstrekt over ongeveer 430 km, van de Middellandse Zee in het oosten naar de Golf van Biskaje in het westen. Het is ontstaan door de botsing van het Iberisch Schiereiland met het Europese continent, er zijn 129 pieken met een hoogte van 3000 meter of meer en Andorra ligt geheel in dit gebergte.
Het is nog steeds heerlijk weer als we rond 16.30 uur aankomen bij Apartments Crest Pas in Pas de la Casa in Andorra. We vragen ons af of het wel open is, maar na een telefoontje komt de eigenares om ons welkom te heten en onze kamer te wijzen. Er zit een eigen parkeergarage bij die we in eerste instantie alleen van buiten open krijgen. Dit probleem is snel opgelost want het blijkt dat we op een verkeerde knop stonden te drukken. Het is een ruim appartement op 2100 meter hoogte met een schitterend uitzicht op de bergen, de skilift en de piste.
Pas de la Casa is een leuk stadje wat net over de grens met Frankrijk ligt en is één van de hoogst gelegen skidorpen van Europa. In het centrum is ook in deze tijd van het jaar genoeg te doen en als we via de piste gaan is het op loopafstand. Bij restaurant A volonté gaan we vlees fondeauen. Met sla, patat en een paar wijntjes erbij zijn we € 30,00 kwijt.


Zondag 11 september
Andorra
Vandaag slapen we uit en gaan we het vorstendom Andorra bekijken, een dwergstaat in de oostelijke Pyreneeën ingesloten tussen Frankrijk en Spanje. Andorra staat bekend als het belastingparadijs en hoewel ze geen lid van de EU zijn gebruiken ze wel de euro als betaalmiddel. We gaan naar de hoofdstad Andorra la Vella, een kleine stad maar wel de grootste van het land. Er zijn veel belastingvrije winkels, het is er druk en behalve dat we goedkoop wat drank kopen is er verder niet veel aan.
De route die we rijden is des te mooier en we stoppen op plekken waar we schitterende uitzichten hebben. We komen door dorpjes als Encamp en Soldou en moeten ergens wachten tot er een kudde paarden de weg is over gestoken.
Op de terugweg gooien we de tank nog een keer vol en in Pas de la Casa gaan we de stad in. Het is hier leuker en gezelliger dan Andorra la Vella en ook redelijk groot. Aan het eind van de dag wordt het steeds bewolkter en is van het mooie uitzicht van gisteren niet veel meer over. Voor de koeien die op de weg voor ons appartement lopen te loeien maakt dat niets uit.
Vanavond gaan we naar één van de vele restaurants die voor een vaste prijs een lopend buffet heeft. Het is een leuk restaurant en inclusief een drankje hebben we lekker eten voor maar € 26,00.


Spanje

Maandag 12 september
Andorra - Malgrat de Mar, 266 km
We vertrekken om 9.50 uur en na ongeveer 25 km rijden zitten we in Spanje. Het is een mooie route door de bergen en ook nu moeten we wachten tot er paarden de weg over zijn gestoken. We wijken van de route af om in Tavertet een kijkje te nemen, een kleine stad op 900 meter hoogte, gebouwd op een aantal rotsen. Het is een rustig stadje met allemaal leuke huizen en fasinerende uitzichten. Je kijkt er uit over de vallei waar de rivier de Ter doorheen stroomt. De Ter is 208 km lang, begint in de Pyreneeën, loopt door de stad Gerona en mondt bij Torroella de Montgri uit in de Middellandse Zee. Het water van de rivier is in  de tijd van Franco in 1960 ingedamd in het stuwmeer de "Sau". Hier lag het dorp San Remo in het dal, wat op dit moment nog steeds (gedeeltelijk) is terug te zien. Als er veel regen valt, wordt de stuwmeer gevuld en dan is er alleen een gedeelte van de kerktoren te zien. Zodra de omgeving kampt met een droogte, zal de stuwmeer het water wegloodsen en is de kerk en de restanten van het dorp zichtbaar. Rondom het stuwmeer komen de rotsen tot een hoogte van ongeveer 700 meter en ook hier hebben we een schitterend uitzicht..       
Verder rijdend door de bergen komen we om 17.00 uur aan in Malgrat del Mar op camping Bonamarpark. We hebben er een leuk vrijstaand chaletje met een overdekt terras en een eigen parkeerplek.
Met de auto gaan we kijken hoe ver het is naar de stad en al snel zijn we er achter dat het te ver is om te lopen. Dan bij de supermarkt maar wat te eten halen. In de stad is bijna alles éénrichting verkeer. We moeten aan de andere kant het spoor zien te komen, iets wat niet meevalt. In een heel smal straatje langs het spoor loopt het dood dus zit er niks anders op dan achteruit terug te rijden. Pas na lang rondrijden vinden we uiteindelijk de weg naar de camping terug. Het is super weer, we lopen nog even naar het strand en zitten buiten tot we naar bed gaan.


Dinsdag 13 september
Malgrat de Mar
Malgrat de Mar ligt in de provincie Barcelona in de regio Catalonië. Het is de meest noordelijke badplaats van de Costa del Maresme en grenst aan Blanes in de Costa Brava. Vandaag doen we lekker rustig aan.
We rijden naar het even verderop gelegen L’lorret de Mar, momenteel één van de meest toeristische badplaatsen van de Costa Brava en alle Spaanse kusten. In 1987 zijn we hier met de trein naar toe gegaan en hebben we twee weken in hotel Eugenia geslapen. Het was onze eerste echte vakantie samen en het hotel bestaat nog steeds. Heel herkenbaar allemaal en leuk om hier weer eens terug te zijn en rond te lopen.
Terug in Malgrat de Mar lopen we een rondje over de camping waar in deze tijd van het jaar alleen het zwembad en de campingwinkel open zijn. Jammer dat er geen restaurant open is en het centrum te ver is. Het enige restaurant wat op loopafstand is, is uitgerekend in de dagen dat wij hier zijn gesloten.
Wel staat er bij elk chalet een barbeque dus halen we alles in huis om hier vanavond gebruik van te maken. Het smaakt prima, maar wat een armoe zeg. Dit was eens maar nooit weer.


Woensdag 14 september
Malgrat de Mar - Barcelona - Malgrat de Mar, 148 km
Vandaag gaan we naar Barcelona, de op één na grootste stad van Spanje. Het is de hoofdstad van Catalonië en de gelijknamige provincie. We rijden via de snelweg en moeten ook tol betalen. Dit willen we doen met visa maar het apparaat werkt niet dus komt er een vrouw bij die ons helpt. Vreemde situatie en we hopen dan ook dat het allemaal goed komt. De komende tijd maar even goed de afschrijvingen in de gaten houden.
Het is ongeveer een uur rijden en we hebben vrij snel een parkeergarage gevonden niet ver van de Sagrada Familia, een basiliek naar een ontwerp van Antoni Gaudi. De naam betekent Heilige Familie. In 1882 is al begonnen met de bouw en er wordt nog steeds aan gebouwd. Tijdens de Spaanse Burgeroorlog heeft de bouw een paar jaar stilgelegen. De huidige officiële opleveringsdatum is in 2026. De snelheid waarmee de bouw vordert, is voor een groot deel afhankelijk van de hoeveelheid giften die bezoekers binnenbrengen. Omdat de bouw al zo lang duurt zijn voltooide gedeelten al aangetast en moeten ze gerenoveerd worden. Het is een mooi bijzonder gebouw en zeker de moeite waard om gezien te hebben.
Met 37° vinden we het te warm om nog meer van de stad te bekijken, we eten alleen nog een broodje in het park.
Als we de stad uit rijden komen we langs een apart bouwwerk, de Torre Agbar. De naam komt van Aquas de Barcelona, het Spaanse waterleidingbedrijf wat in de toren is gevestigd. Het heeft de vorm van een cilinder, heeft 38 verdiepingen en de buitenwand is bedekt met aluminium zonweringen. Overdag wordt hierdoor het zonlicht weerkaatst en 's nachts worden ze verlicht door ledlampen.
We rijden door naar Blanes waar we wat door de stad en langs de boulevard slenteren. Ook dit is weer heel herkenbaar. Bij een Turkse snackbar nemen we vast kebab mee voor vanavond. Na het eten bellen we naar Amersfoort en Bilthoven.


Donderdag 15 september
Malgrat de Mar - Girona - Malgrat de Mar, 142 km
Na een ontbijtje gaan we op weg naar Girona. We rijden langs de kust en tussen Tossa de Mar en Sant Feliu de Guixols ligt de weg een stuk hoger. Vanaf deze groene hoog gelegen kustweg hebben we mooie uitzichten op de baaien en dorpjes van dit deel van de Costa Brave oftewel Wilde Kust.
Girona is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en wordt doorkruist door de rivieren de Ter en de Onyar. Met de 11 bruggen die de stad rijk is wordt het ook wel het Florence van Spanje genoemd. De bekendste brug is de Les Peixateries Velles, ook wel de Eiffelbrug. Hij werd in 1877 gebouwd door Gustav Eiffel, ver voordat hij de toren in Parijs bouwde. De brug ligt over de Onya en is te bereiken via één van de winkelstraten, de Rambla de la Libertat. De stad bestaat uit een oud gedeelte, dat gebouwd is op een heuvel en een modern gedeelte, dat op het vlakke land onderaan de heuvel is gebouwd. De ommuurde historische stadskern wordt bepaald door verschillende culturen zoals Arabisch, Joods en Christelijk. Het heeft allerlei leuke smalle straatjes met veel winkeltjes en restaurants en langs het water zijn "hangende" huizen gebouwd in een gevarieerde bouwstijl. In de oude stadskern staat de Kathedraal de Santa Maria. De bouw heeft geduurd van 1312 tot in de 18de eeuw waardoor er meerdere bouwstijlen te zien zijn, Romaans, Barok, Gotisch en Renaissance.
Met onze eigen muziek en de airco aan rijden we via de hoofdweg weer terug naar de camping. Wat erg opvalt zijn de publieke vrouwen die om de zoveel meter langs de weg staan.
Voor het eten van vanavond hebben we nog vlees over van de barbeque wat we nu maar in de pan bakken.


Frankrijk

Vrijdag 16 september
Malgrat de Mar - Lissac sur Couze, 555 km
We hebben een lange rit voor de boeg vandaan en om 9.50 uur hebben we de auto weer ingepakt en gaan we op weg. Al snel zitten we op de snelweg, alleen wel de verkeerde kant op. Jammer want het kost extra tijd en tol. Eenmaal de goede kant op kunnen we goed doorrijden en na een de nodige stops komen we om 17.00 uur aan Lissac sur Couze in de Dordogne.
Ondanks de snelweg was het toch wel een mooie route die ons in totaal € 44,30 aan tol heeft gekost. Na onze ervaring met het contant tol betalen gebruiken we nu alleen maar visa.
Voor de komende dagen hebben we een chalet op camping Les Hameaux de Perrier. De camping is ruim opgezet en heeft een mooie ligging tussen de groene heuvels en we hebben een zwembad voor de deur. Van binnen valt het een beetje tegen, de bedden zijn wel goed maar erg smal en het chalet staat scheef. Het restaurant op de camping is niet open en verder is er ook niks op loopafstand dus moeten we weer zelf wat te eten maken.


Zaterdag 17 september
Lissac sur Couze
Waren ze gisteren nog aan het zwemmen, nu is het zwembad helaas gesloten. De eigenaar vindt het te koud om het nog langer open te houden terwijl het nog steeds rond de 25° is.
Dan de omgeving maar verkennen. We komen door leuke dorpjes als Saint Cernin de Larche, Larche en Lissac sur Couze, allemaal gemeenten in het departement Corrèze regio Limousin. Het Lac de Couze is een mooi meer waar volop watersport beoefend kan worden, er zijn standjes en een wandelpad aangelegd en er is een steunpunt voor mountainbikers die een trektocht willen maken. 
De geschiedenis van Dordogne gaat terug tot de prehistorie, de periode van 25.000 - 10.000 v.Chr. en staat bekend om de vele grotten. De dichtstbijzijnde is Grottes de St Antoine, gewijd aan het leven van St Antoine van Padoue, wat alleen geen grot is maar een bedevaartsoord, gebouwd door priester Gérard en zijn parochianen. Het is versierd met 22 veelkleurige standbeelden en heeft een prachtige tuin.
We rijden door naar Brive La Gaillarde (de dappere), kortweg Brive. Het is de grootste stad van de Corrèze en dankt haar bijnaam aan het verzet bij talrijke belegeringen. We parkeren onder het marktplein waar vandaag markt is. Het is een gezellige stad, met smalle straatjes, mooie gebouwen en leuke pleintjes. Op één van de pleintjes staan tafels met verf en zijn de voorbijgangers onder begeleiding bezig om de gebouwen waar ze tegen aan kijken te schilderen. Ook zit er een bandje te spelen.
Op de terugweg gaan we nog even bij de supermarkt langs om voor de laatste twee dagen eten in te slaan.


Zondag 18 september
Lissac sur Couze
Vandaag hebben we een mooie route uitgezocht om te rijden. Eerst gaan we naar La Roque Saint-Christophe, een prehistorisch dorp uitgehouden in de rotsen aan de rivier de Vézère. In de 80 meter hoge en 1 km lange klif zijn natuurlijke holten die in de prehistorie al bewoond werden door de Neanderthalers. Er zijn 5 terrassen die zijn ontstaan door erosie van het rivierwater 60 miljoen jaar geleden en door de inwerking van de vorst op het kalksteen tijdens de ijstijden. In de middeleeuwen besloot bisschop Frontaire de Périgueux er een vesting te bouwen om het volk te beschermen tegen de Vickingen. Je krijgt er een goede indruk hoe de mensen duizenden jaren geleden leefde en woonde. Er is een maquette waar een gedeelte van de stad wordt weergegeven zoals die er in de middeleeuwen uitgezien heeft. Er zijn nog 20 plaatsen te zien zoals een stal, de kerk en de keuken van de vesting en er is een verzameling van machines en gereedschap te zien die toen gebruikt werden. De entree is
€ 7,50 per persoon.
Daarna zijn we de druipsteengrot Gouffre de Proumeyssac in geweest. De grot is in 1907 ontdekt door Gabriel Galou en sinds 1908 open voor publiek. In de 18e eeuw was er reeds een gat in de grond aanwezig, waaruit regelmatig rook kwam. De lokale bevolking dacht dat de duivel in het gat zat en de toenmalige politiechef heeft het gat met bakstenen laten afdekken. De grot was vroeger alleen te bereiken via de natuurlijke ingang aan de top. Met een gondel, aangedreven door een paard dat rondom een lier draaide, konden 4 mensen tegelijk naar een diepte van 50 meter. Het rukken en stilstaan van het dier was niet echt geruststellend. De gondel is er nog steeds maar wordt nu electrisch aangedreven. In 1957 is er een horizontale schacht gemaakt zodat je nu lopend naar binnen kan. Er is een constante temperatuur van 14°, er zijn verschillende zalen en de grot wordt ook wel de 'kristallen kathedraal' genoemd. Er zijn stalactieten, monolieten en stalagmieten. Het is een schitterende grot en voor € 8,90 per persoon is de rondleiding van 45 minuten zeker de moeite waard.


Maandag 19 september
Lissac sur Couze - Goussainville, 514 km
Eigenlijk hebben we nog een dag in Lissac sur Couze maar we hebben een paar dagen terug niet zo'n leuk bericht gehad van thuis en willen toch wel naar huis. Wat we wilden zien hebben we allemaal gezien en om 9.50 uur vertrekken we voor de eerste etappe op weg naar huis. We komen langs Limousin en Orleans en rijden door tot net voorbij Parijs.
Rond 16.30 uur zijn we in Goussainville waar we een hotel zoeken en komen terecht in Premiere Classic, een motel vlakbij de snelweg en onder de startbaan van vliegveld Charles de Gaulle. Voor het eerst sinds een week is er weer een restaurant in de buurt, we hoeven alleen maar de parkeerplaats over te steken om te gaan eten. Voor € 30,00 hebben we een 3-gangen menu, wijn en koffie.


Dinsdag 20 september
Goussainville - Maarssen, 452 km
Onze laatste dag van deze vakantie rijden we om 10.00 uur weg en met 2 files onderweg zijn we om 15.40 uur thuis. We hebben weer een leuke en mooie reis gemaakt en hebben onze mening over Frankrijk moeten bijstellen. Het is een mooi land en zelfs de bevolking is ons enorm meegevallen.


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.