Nederland, langs de grens 2020 

Dag 1: Inmiddels is het 24 augustus en bijna een half jaar nadat er een virus kwam wat corona heet. Eén van de redenen om deze vakantie een rondje door Nederland te maken. Op onze eerste dag rijden we naar Zeeland en komen terecht in Hansweert, een dorp met een mooie gratis camperplek aan de Westerschelde.
Door het kanaal door Zuid-Beveland was Hansweert zeer welvarend. Het dorp en sluizencomplex werden door de passerende schippers gezien als een belangrijk knooppunt op deze kortste route tussen de havens van Rotterdam en Antwerpen. Ook waren er veel parlevinkers actief op het sluisplateau. Door de aanleg van het Schelde-Rijnkanaal neemt het aantal passerende schepen bij Hansweert gestaag af. Wanneer in de jaren 90 het Kanaal door Zuid-Beveland naar het oosten wordt verlegd komt het dorp op enige afstand te liggen en wordt het voormalige kanaaltracé gedempt. Nu zijn alleen de restanten van het sluizencomplex en een dichtbegroeid kanaal nog te zien.
In de voormalige vluchthaven ligt het scheepswrak van de Captain Janes A Duffy, een k
leine sleepboot die is gebruikt door het Amerikaanse leger en volledig van hout was. Wanneer we een rondje lopen langs de Westerschelde komen we overal informatieborden tegen met de geschiedenis van het dorp en zien we veel scheepvaart. Zo komt er een schip voorbij die een aantal heel grote gele schoorstenen vervoert.

Dag 2 en 3: Nadat we eerst wat boodschappen doen rijden via de Westerscheldetunnel door naar Hoek, een dorp vlak bij Terneuzen. Hoek ontstond in de 17e eeuw. Toen achtereenvolgens de Lovenpolder, de Koudenpolder en de Oud-Westenrijkpolder ingedijkt werden ontstond er een driesprong van dijken wat zich ontwikkelde tot Hoek. We vinden een mooi plekje op vakantiepark Marina Beach en hebben zicht op de Braakmankreek, een open water met een oppervlakte van 205 ha, dat bij de inpoldering van de Braakman, ingedijkt werd. De Braakman is een voormalige zeearm van de Westerschelde. De kreek dient niet alleen ter afwatering van de omgeving van Boekhoute, maar eveneens voor de recreatie. Het park ligt op een schiereiland met een jachthaven en wordt gezeild, geroeid, gezwommen en gehengeld.
Vlak bij onze camper staan botsauto's maar het lijkt erop dat ze nog aan het opbouwen zijn of elk moment kunnen opbreken. Geen van beide is het geval want rond 17.00 uur gaan de autootjes rijden met daarbij de nodige harde muziek. Het is er niet erg druk maar waarschijnlijk heeft dat te maken de storm die op komst is. We hebben vanmorgen beenham gekocht en met wat aardappeltjes en sla smaakt het prima. Bij de koffie hebben we een lekkere Zeeuwse bolus.

Net toen we gisteravond besloten hadden om de camper te verplaatsen naar een rustigere plek stopte de herrie bij de botsauto's rond 22.30 uur. Behalve dat het flink heeft gewaaid vannacht, en nog steeds, hebben we een rustige nacht gehad. Als we ons ontbijt op hebben gaan we een plekje opzoeken waar we geen last hebben van de botsauto's. Het is een groot park en er is ruimte zat. We staan nu dichter bij de jachthaven en vlak bij een natuurgebied waar onder andere Schotse Hooglanders rond lopen.
We rommelen wat aan de camper en lopen een smal bospad in omdat we denken dat we dan vlak bij de runderen kunnen komen. Helaas loopt het dood maar we hebben wel mooi zicht op de kreek. Na het eten maken we nog een rondje over het park en met de botsauto's.

Dag 4: We blijven nog even in Zeeland en gaan eerst naar het Industriemuseum in Sas van Gent. Het museum is gevestigd in de monumentale suikerloods en toont de geschiedenis van de industrie in Zeeland.
Overnachten doen we vandaag in Hulst op de gratis parking Havenfort. Hulst is een oude vestingstad met stadwallen die stammen uit de tachtigjarige oorlog en omgeven zijn door een gracht. De vesting had vijf toegangspoorten waar er nog 3 van over zijn, negen bolwerken en een stadsmolen.
Bij de Gentse poort staat het 
Reynaertmonument dat in 1938 werd gemaakt door Anton Damen. Het is een bronzen vos die in pelgrimskleren de trap bestijgt naar het hof van Koning Nobel, uitgebeeld op een kalkstenen plaat. Het dierenepos Van den Vos Reynaerde gaat over de strijd van goed tegen kwaad. Hoofdrolspelers zijn dierenfiguren met als belangrijkste de vos die het eigenbelang, de ijdelheid, de hebzucht en de jaloezie van de andere dieren aan de kaak stelt. De vos zelf is de grootste schurk en past de macht van het woord toe.

Dag 5: Vandaag hebben we als doel om een kijkje nemen in de Belgische spookstad Doel, onder de rook van Antwerpen. Eind jaren negentig werd besloten de Antwerpse haven uit te breiden met een dok dat dwars door het plaatsje zou komen waardoor het zou moeten verdwijnen. Er is nog een klein aantal bewoonde huizen en de leegstaande huizen staan vol met mooie graffiti. De bewoners zijn er niet blij mee dat het een toeristische attractie is geworden. Overal zie je dan ook  borden met het verzoek de bewoners vooral met rust te laten en in het weekend kom je er ook niet zomaar binnen. Vanaf de dijk heb je een mooi zicht op de Schelde, de kerncentrale en de 17de eeuwse molen. Een bijzondere plaats die je zeker een keer gezien moet hebben.
Hierna rijden de door naar het verdronken land van Saeftinghe, een mooi natuurgebied op de grens van Nederland en België. In 1570 kwam het gebied door de allerheiligenvloed bijna volledig onder water te staan. Tot die tijd was het een 
vruchtbaar polderland en leefden de mensen uit de vier dorpjes er van landbouw en turfsteken.
We komen uiteindelijk terecht in het Belgische Bornem waar we op de parking van de Abdij gratis kunnen staan. Als we net aankomen regent het behoorlijk maar na het eten kunnen we toch nog droog een kijkje nemen in deze mooie oude stad.

Dag 6 en 7: Op ons gemak rijden we een mooie route door België naar Limburg. De afgelopen dagen hebben we geen schoon water kunnen tappen en niet echt kunnen douchen dus gaan de dit keer naar camping Mareveld in Schimmert. Een leuke camping in één van de hoogstgelegen dorpen in Nederland op een plateau aan de rand van het Heuvelland. De naam zou volgens een oude legende afkomstig zijn van Karel de Grote, die tijdens een trektocht zou zijn verdwaald en plots een licht zag schimmeren (Schimmert). 

We gaan door naar Brunssum en staan op de parking bij het Schutterspark. Een mooi groot park, aangelegd ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de staatsmijnen en cadeau gedaan aan de bevolking. Er staan nog drie pompgebouwen die dateren van rond 1929 en een van 1942/1943. Deze werden aangelegd door de Staatsmijnen en gebruikt om grondwater te ontijzeren dat vervolgens werd getransporteerd naar twee watertorens bij de staatsmijn Hendrik. De pompgebouwen behoren tot de laatste historische industriële restanten van de Brunssumse mijngeschiedenis.
Er is een groot meer ontstaan met een minihaven waar je kunt varen in een cruiseschip of een brandweerboot. Ook kun je een ritje maken met het stoomtreintje van de modelspoorbaan. Op het hoogste punt is een klimbos, een blotevoetenpark en zijn allerlei andere activiteiten te doen.
Een mooi park om een dagje te recreëren.
Aan het eind van de dag regent het veel maar gelukkig is het droog als we naar het centrum lopen om wat te gaan eten bij de griek.

Dag 8: In Duitsland willen we wat inkopen doen en daarom overnachten we vandaag net over de grens in Waldfeucht. We rijden naar de  Reisemobilstellplatz, voor € 5,00 een prima plek. We hebben nog net het laatste afgescheiden plekje waar ook stroom is. De andere plekken zijn wat minder en lopen vrij schuin. Blijkbaar toch wel populair want ook hier loopt het gedurende de dag redelijk vol.
Het is heerlijk weer dus willen we een stuk te gaan fietsen en dan gelijk even wat boodschappen te doen. Helaas heeft één van onze fietsen een lekke band en omdat we geen zin hebben om hem nu te plakken gaan we lopend op pad. Terug bij de camper kunnen we nog lang buiten zitten.

Dag 9 en 10: Als we al even onderweg zijn komen we tot de ontdekking dat we helemaal vergeten zijn om een envelop met geld in de brievenbus te gooien in Waldfeucht. We rijden een flinke afstand vandaag en gaan eerst kijken bij een camperplek in Den Ham. Van de eigenaar krijgen we gelijk een folder en mogen we wel even rondkijken op het terrein. Gelijk daarna vertelt hij wel dat het helemaal staat en dat hij voor morgen wel een plekje heeft. Jammer. Dus door naar de volgende plek en wel camping Vechtvallei in Diffelen/Hardenberg. Een mooie camping met vriendelijke eigenaren en met de ASCI-kaart voor een redelijke prijs. 
Wanneer we het water in de camper willen gebruiken komt er niks uit de kranen dus denken we dat de pomp kapot is. Als we die willen gaan vervangen blijkt het niet aan de pomp te liggen maar is de tank leeg gelopen. Hadden we de stop er maar goed in moeten doen.
De fietsband hebben we vanmiddag ook maar even gemaakt.

Het is nog steeds heerlijk weer dus we blijven nog een nachtje in Diffelen. We stappen op de fiets en het eerste wat we tegenkomen is de uitkijkheuvel, de Distelbelt. De top is bereikbaar via een trap en boven hebben we een prachtig uitzicht over de rivier de Vecht. De rivier heeft een lengte van 167 kilometer, vanaf de bron bij het Duitse Darfeld tot aan het Zwarte Water in Zwolle. De Vecht wordt ook wel de kleinste grote rivier van Nederland genoemd en is tegenwoordig meestal kalm, maar tijdens de hoogtijdagen voeren hier iedere dag tientallen schepen af en aan.
Via Mariënberg fietsen we langs het Veenkanaal naar Bergentheim. Oorspronkelijk was Bergentheim een esdorp ten westen van de huidige kern wat nu Oud-Bergentheim heet. De huidige kern kwam tot ontwikkeling door de vervening van de veengebieden.
We doen nog wat boodschappen en als we daar weg willen hebben we opnieuw een lekke band. Gelukkig hebben we bij de lokale fietsenmaker net een nieuwe binnenband gekocht. We hebben alleen geen gereedschap om het wiel los te maken maar de fietsenmaker is nog vlakbij dus gaan we daar maar weer heen om de band te laten wisselen.
Op de terugweg willen we een kortere route nemen door met het pontje de vecht over te steken. Het is gratis en fietsers en voetgangers kunnen de elektrische voet- en fietsveer zelf bedienen. Het is er druk en er mogen maar 4 personen per keer mee. Na een half uur wachten mogen we aan boord en kunnen we heel langzaam naar de overkant. Heel leuk om een keer mee te maken. Daarna zijn we snel weer bij de camper en hebben we in totaal ongeveer 15 km gefietst.

Dag 11 en 12: Bij Diffelen gaan we de grens over met Duitsland en rijden een mooie route naar onze eerste stop in Emlichheim. We doen hier wat inkopen en rijden dan door naar Nieuw-Amsterdam waar we vanmiddag een afspraak hebben om wat bestelde zendapparatuur op te halen. We hebben een leuk gesprek met de man en als we zeggen dat we in Emmen op een gratis camperplek gaan overnachten kan hij het niet geloven. Volgens hem is er in Emmen namelijk niks gratis.
Het is de hele dag al slecht weer maar tussen de buien door kunnen we toch nog een rondje door de stad lopen.

Het weer is opgeklaard en op ons gemak gaan we langs bij kringloopwinkels in Beilen, Appelscha, Oosterwolde en Drachten. In Appelscha zit ook een servicestation voor campers waar we gebruik van maken. In Drachten zouden we dan nog een nachtje gratis kunnen staan maar we rijden toch maar door naar de jachthaven in Suwâld. Het is een goede plek aan het Prinses Margrietkanaal al is de prijs met € 12,50 stageld, € 2,00 stroom en € 1,00 douchen per persoon wel wat aan de hoge kant. Suwâld ligt tussen Leeuwarden en Bergum op de rand van de Friese Wouden. Het dorp heeft het eerste fiets-en-voetveer op zonne-energie ter wereld, de zonnepont Schalkediep. Het is de veerdienst over het Prinses Margrietkanaal naar Garijp en vlak bij de afvaart is een kiosk met terras en jachthaven. Achteraf hebben we spijt dat we toch niet in Drachten zijn gebleven.

Dag 13: We verlaten Friesland en rijden over de afsluitdijk naar Den Oever. Eerst gaan we kijken bij de parking aan de Oostkade. Ondanks het vroege tijdstip staat het hier helemaal vol. Een stukje verderop is op parking Zuiderstrand ook een gratis camperplek en passen we nog precies tussen twee andere campers. De campers staan hier achter elkaar en hebben dus allemaal mooi zicht op de Zuiderhaven aan de IJsselmeerkant van de afsluitdijk. Er is een leuk strandje en een dubbele fietstunnel onder de snelweg door met de woorden 'zout', richting Waddenzee en 'zoet' richting IJsselmeer. Lopend van zoet naar zout komen we in het centrum van het dorp en bij de haven. Den Oever is vooral bekend om de garnalenvisserij.
Op de terugweg nemen we lekker verse kibbeling mee voor vanavond. Na het eten lopen we naar de Afsluitdijk 
die in 1932 de Zuiderzee (sindsdien IJsselmeer) scheidde van de Waddenzee. Normaal gesproken kun je via een hek de dijk op maar helaas is dit in verband met corona nu niet mogelijk. De Stevinsluizen zijn gebouwd om het zoete IJsselmeerwater naar zee af te voeren en voor de scheepvaart werd een schutsluis gebouwd. Langs het water lopen we door tot de binnenhaven en vanaf hier kunnen we zien hoe aan de overkant de campers staan.

Dag 14 en 15: Als onze volgende bestemming hebben we Den Helder in gedachten. De camperplek en het parkeerterrein staan al bomvol. Dit hadden we niet verwacht dus rijden we door naar Julianadorp. We komen bij een leuke camping maar hier is aankomst op zondag niet mogelijk. Tijdens het eten van een broodje besluiten we om door te rijden naar Schagen waar gelukkig nog net één plekje vrij is bij de recreatiehaven. Ondanks dat het weer tegenvalt lopen we toch naar het centrum van deze marktstad. Aan de historische markt staat de Grote Kerk die je bijna vanuit elke hoek van de stad kunt zien. 

Voor we verder rijden gaan we eerst nog even langs de kringloop. Daarna rijden we naar Purmerend waar nog genoeg plek is maar toch besluiten we om door te rijden en kijken in Edam. We zijn al een tijdje aan het rijden maar kunnen de plek niet vinden. Als we bellen blijkt dat het er al vol staat.
Dan maar door naar Roompot in Volendam waar we op dezelfde plek kunnen staan als de vorige keer dat we hier waren.
Het is ongeveer een kwartier lopen naar het toeristische centrum waar je in klederdracht op de foto kunt en genoeg souvenirs kunt vinden in de vele winkeltjes aan de haven. Het is schitterend weer en toch hebben we het er nog nooit zo rustig gezien als nu.

Dag 16 t/m 20: Na twee weken genoten te hebben rijden gaan we naar huis waar we 5 dagen blijven voor we weer verder gaan.

Dag 21: De voorspelling is dat het komende week heel mooi weer wordt dus we halen de camper weer uit de stalling en gaan de laatste dagen van onze vakantie nog lekker op stap. Onze eerste stop is in Nijkerkerveen waar we voor € 13,50 een plekje gereserveerd hebben bij stal Hiensch.
Van hier is het een minuut of 20 fietsen naar Amersfoort waar we een verjaardag hebben.

Dag 22 en 23: We zijn nog nooit in Wageningen geweest en hier hebben ze op parking Rijnhaven een gratis camperplaats met zicht op de uiterwaarden van de Rijn. De Rijnhaven is een belangrijke binnenvaarthaven aan de Nederrijn, een tak van de Rijn.
Wageningen is een kleine vestingstad en vooral bekend om de Universiteit en hotel De Wereld. Hier was op 5 mei 1945 de capitulatiebespreking tussen de geallieerden en de Duitse troepen in Nederland.
Na een wandeling door de leuke stad pakken we de fiets. Vanaf de haven gaan we via een smal klinkerpad naar de rivier waar op de oevers over een flinke lengte recreatiestrandjes zijn. We nemen een kijkje bij het water waarna we doorfietsen langs de Rijn. Onderweg komen we nog langs de voormalige steenfabriek de Bovenste Polder en na een mooie rit kunnen we nog lekker buiten zitten. Terwijl we zitten te eten komen er steeds meer jongeren langs lopen en fietsen, met kratten bier en pizzadozen, op weg naar de strandjes. 

 

Ondanks dat de camperplek grenst aan een betonfabriek hebben we vannacht rustig geslapen. In Arnhem rijden we even langs een plek waar we het toilet kunnen lozen en pakken onderweg ook nog een kringloop mee. Aan de Europakade in Tolkamer vinden we een plekje en al snel raken we in gesprek met de buren. Ze hebben zelf ook een buscamper en zijn erg geïnteresseerd in de indeling van onze camper. 
Het is erg heet weer en we zitten vanavond nog lang buiten naar de boten op de rijn te kijken.

Dag 24 en 25: Het einde van onze vakantie is in zicht en nu we toch in de buurt zijn gaan we maar even via Obelink in Winterswijk. Daarna rijden we door naar de Kirmesplatz in Rhede, Duitsland, waar we voor € 3,00 de laatste nacht doorbrengen. Een mooi plekje vlak bij het centrum van het leuke stadje vlak bij Bocholt. We doen de laatste inkopen en zitten nog een poosje buiten maar omdat er veel wind staat gaan we al snel naar binnen.

 

Als we weg rijden van de camperplek horen we veel herrie onder de camper vandaan komen. We stoppen op de parkeerplaats om te kijken wat er nu weer aan de hand is. De schade blijft beperkt tot een kapot opstapje wat we waren vergeten binnen te zetten en waar we nu tot twee keer toe over heen gereden zijn. We komen weer veilig thuis en ondanks dat we niet ver weg zijn geweest hebben we de afgelopen weken toch in totaal 1639 km afgelegd. Het was weer een geslaagde vakantie.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.