India 2008

Dinsdag 9 september
Amsterdam - Delhi, 6357 km
Met de trein van 7.00 uur vertrekken we naar Schiphol. Bij het inchecken blijkt dat er al iemand van Kras de stoelen voor de groep heeft gereserveerd. Op de eerste vlucht LX725 van Swiss Air naar Zürich zit iedereen achter in het toestel door elkaar en wordt er verteld dat we onderling maar moeten ruilen. Een slechte start en door slecht zicht in Zürich vertrekt het vliegtuig 40 minuten te laat. Als ontbijt krijgen we een croissantje.
We hebben in Zürich één uur de tijd om over te stappen op vlucht LX146 naar Delhi. Gelukkig zitten we hier wel naast elkaar en heeft ook deze vlucht een vertraging van 45 minuten. De afstand tussen de twee terminals is vrij groot en kan alleen met een treintje afgelegd worden. We moeten ook nog door de douane dus een uur is net genoeg om de vlucht te halen. Op deze vlucht krijgen we eerst een warme maaltijd en tegen het eind een kleine hartige pizza en een ijsje. Vlak voor ons zit een oude man, een Sikh, die moeite heeft met de Wc-deur en bij het ijs het lepeltje niet kan vinden. Het ijs eet hij dan ook maar met zijn handen. Na een rustige vlucht landen we rond middernacht in Delhi. Het is hier 3½ uur later dan in Nederland. Eenmaal door de douane rekenen we uit hoeveel inr (roepies) we nodig hebben en besluiten inr 200 te pinnen. Als we voor een flesje water dan al inr 50 moeten betalen blijkt dat we verkeerd hebben zitten rekenen en dat we uiteindelijk maar € 3,20 gepint hebben. Dan toch ook nog maar € 100,00 wisselen. Met inr 6000 kunnen we wel even vooruit. 
Als we samen met onze 20 medereizigers en reisleidster Vonn door de douane zijn gaan we met de bus naar hotel Clarck Heights waar we om 1.30 uur aankomen.


Woensdag 10 september
Delhi
De hele reis krijgen we anderhalf uur voor vertrek een wake-up call. Vandaag is dat om 7.00 uur. Na een korte nacht en een ontbijtje van toast met jam, gebakken ei en een kop koffie vertrekken we om 8.30 uur voor een rondrit door Delhi. We maken kennis met Raz, onze Indiase reisleider en beginnen de tour bij de Jami Majid moskee, oftewel vrijdagsmoskee. Deze werd tussen 1644 en 1658 gebouwd door Shah Jahan en was lange tijd de grootste moskee van India. We maken een wandeling door een wijk met kleine smalle straatjes om zo vast een beetje een indruk van India te krijgen. Hierna gaan we naar de Gurdwara Bangla Sahib Sikh tempel die in 1664 is gebouwd en is opgedragen aan Guru Hari Krishan Sahib. Het is één van de meest belangrijke historische en heilige pelgrims bestemmingen van de Sikhs. De Guru voorzag de arme, behoeftige en zieke mensen van eten en drinken. Tot op de dag van vandaag gebeurt dit nog steeds. We mogen de tempel in als we een hoofddoek om hebben en de schoenen uit. Het is heerlijk weer en met de zon erbij loopt de temperatuur al snel op naar 35˚C. Voor onze blote voetjes eigenlijk te heet.
Met de bus rijden we langs het parlementsgebouw en komen zo bij de India Gate. Deze poort staat op het einde van Rajpath, is 42 meter hoog en gebouwd in 1920 ter herinnering aan de Indiase soldaten die sneuvelden tijdens WOI en de Afghaanse oorlog in 1919. Sinds 1971 brandt hier een vlam voor de martelaren, de Amar Jawan Jvoti. Op de poort staan de namen van 85.000 gestorven soldaten geschreven en onder poort is een gedenkteken van de onbekende soldaat. We worden hier enorm lastig gevallen door verkopers die je van alles aan willen smeren.
Na de lunch in restaurant Pindi, waar we voor inr 700 (inr 100 =  € 1,60) allebei een soep, een kipsandwich en een cola hebben, gaan we naar de Bahai (lotus) tempel. Het gebouw was klaar in 1986, heeft de vorm van een lotusbloem en lijkt erg op het Operahouse in Sydney. We zijn niet in de tempel geweest maar alleen de buitenkant was al schitterend om te zien.
De laatste stop voor vandaag is de Qutab Minar. Dit is het oudst bewaard gebleven moskee van India. De gebouwen stammen uit de begintijd van de moslim overheersing van India (12de eeuw). Op de binnenplaats staat een 7 meter hoge ijzeren zuil, die waarschijnlijk afkomstig is van een tempel van de god Vishnu uit de 4de eeuw. Er staat een tekst in gegraveerd in een schrift dat tot nu toe niemand heeft kunnen vertalen. Opmerkelijk is dat de zuil nog geen roest vertoond. In 1199 werd de fundering gelegd voor de 72,5 meter hoge stenen minaret met 5 verdiepingen, elk met een uitspringend balkon. De eerste 3 verdiepingen zijn gebouwd met rood zandsteen, de bovenste verdiepingen bestaan uit zandsteen en marmer. Nadat er begin jaren '80 bij een ongeluk 200 meisjes omkwamen is de toren gesloten voor publiek. 
Omdat de dreiging voor terroristische aanslagen bij het Rode Fort te groot is krijgen we het alleen maar van een afstand te zien. Voor het diner heeft Vonn geregeld dat er elke dag in het hotel een buffet klaar staat. Vanavond kost het inr 450 pp. De smaak is goed, alleen op de kippenbotjes zit nauwelijks vlees en rundvlees wordt in India niet gegeten. Na een dag vol indrukken gaan we weer veel te laat naar bed.


Donderdag 11 september
Delhi - Agra, 239 km
Vanmorgen zijn we om 8.00 uur op weg gegaan naar onze volgende bestemming, Agra. Tijdens het diner gisteren is er een lijst rondgegaan met het bedrag wat Vonn wil hebben voor de fooien en de entreegelden. Naast dit bedrag van  € 119,00 pp staat er ook een bedrag van € 60,00 pp op voor overige uitgave zoals optionele excursies. Dat de bedragen op de lijst niet bij iedereen in goede aarde valt wordt al snel duidelijk. Iedereen loopt er tegen elkaar over te mopperen en als we dan zelf het water in de bus moeten betalen wordt Vonn daar op aangevallen. Iemand uit de groep werpt zich op om te zeggen dat iedereen het hele bedrag het beste vooruit aan Vonn kan betalen. Dit roept ergernis op en twee vrouwen van de groep gaan zo tegen elkaar tekeer dat ze de rest van de reis niet meer tegen elkaar zullen praten. De toon is dus gezet.
Na een koffiestop stoppen we voor de lunch bij een haveli restaurant en voor inr 560 hebben we een tomatensoep, een clubsandwich en een cola. Rond 16.00 uur komen we aan bij hotel Urkash Village in Agra. 
Nadat we hebben ingecheckt gaan we naar de Taj Mahal. Bij de hoofdingang krijgen we een flesje water en sloffen voor over onze schoenen. De gids vertelt ons de geschiedenis van de Taj. Intussen wordt het steeds donkerder en tegen de tijd dat we door de hoofdpoort heen zijn regent het. De Taj Mahal staat op een marmeren verhoging aan de oever van de rivier de Yamuna. Shah Jahan bouwde het monument ter nagedachtenis aan zijn vrouw Mumtaz Mahal, die in 1631 stierf bij de geboorte van hun 14de kind. Begaafde kunstenaars en 20.000 arbeiders werkten van 1631 tot 1653 aan de bouw van het praalgraf van wit marmer, zandsteen en edelstenen. Onder de koepel in de centrale hal staan in een kleine ruimte de cenotafen (graftekens) van Mumtaz Mahal en Shah Jahan. Helaas is het binnen te donker om dit te kunnen zien. We hebben anderhalf uur om rond te kijken, wat zeker in deze regen veel te lang is.
Eenmaal terug bij het hotel kunnen we nog mee naar een bekende juwelier naast het hotel. Hier zou Maxima juwelen hebben gekocht. Als enige van de groep gaan we niet mee maar genieten op onze luxe kamer van een borrel. De groep blijft vrij lang bij de juwelier waardoor we niet om 20.00 uur maar om 20.30 uur pas gaan eten. Voor inr 1800 hebben we toch wel weer redelijk gegeten. Na het buffet rekenen we af met Vonn. We betalen niet voor de optionele dingen omdat we daar toch niet aan willen meedoen.


Vrijdag 12 september
Agra
We gaan vandaag niet met de groep mee en komen pas om 10.30 uur uit bed. Met wat we mee hebben genomen van huis maken we op de kamer ons eigen ontbijtje. Onze kamer zit op de bovenste verdieping van het hotel en als je met de trap wilt moet je uitkijken dat je niet naar beneden valt want bovenaan de trap zit geen leuning. Bij de receptie van het hotel wisselen we nog keer € 100,00.
Voor het hotel stappen we in een TukTuk die ons de hele dag wil rondrijden voor inr 500. We laten ons eerst naar het Agra Fort brengen. Als wij naar binnen gaan komt de groep net naar buiten. Het fort is gebouwd door drie van de belangrijkste Mogol keizers. In 1565 is de bouw begonnen onder Akbar en duurde tot in de tijd van zijn kleinzoon Shah Jahan. De massieve vestingwal van zandsteen heeft vier ingangen en binnen zijn paleizen, moskeeën, baden, tuinen en mooie paviljoens. Nadat Shah Jahan was afgezet door zijn zoon Aurangzeb, keek hij de rest van zijn leven vanuit het Agra Fort uit op de laatste rustplaats van zijn vrouw, de Taj Mahal, waarin hij zelf uiteindelijk ook begraven is. 
De chauffeur weet een goed en leuk restaurant waar we lekker lunchen terwijl hij buiten op ons blijft wachten. We willen graag een instrument kopen en laten ons naar twee muziekwinkels brengen. Er zit niks bij wat we interessant genoeg vinden maar we krijgen wel een goed beeld van wat er zoal te koop is. Vervolgens moeten we in een textielwinkel gaan kijken want de eigenaar is de baas van de TukTuk en hier krijgt de chauffeur zijn benzine van. Overal waar de chauffeur ons naar toe brengt krijgt hij een soort van commissie of we nu wat kopen of niet.
Als laatste gaan we op zoek naar wijn en bier. Na wat afdingen weten we een fles wijn te krijgen voor het belachelijke hoge bedrag van inr 700. Nou maar hopen dat het lekker is. Bier gaat de chauffeur wel voor ons kopen aan de overkant van de weg want hij kan het veel goedkoper krijgen dan wanneer we het zelf gaan kopen. Per fles van 65 cl betalen we hem inr 100. Of dat nou zoveel goedkoper is vragen we ons af, maar goed. Het is inmiddels behoorlijk gaan regenen en voordat we rond 15.00 uur terug zijn in het hotel zijn we allebei aan één kant compleet doorweekt. Zodra het droog is gaan we een poosje zwemmen waarna we op de kamer genieten van een biertje en een, gelukkig lekker, wijntje.
Aan de overkant van het hotel zit een Mc Donalds waar we een bigkip menu ophalen. Wel een keer iets anders dan wat we tot nu toe hebben gegeten maar het is geen bigmac. We gaan nog even naar het winkelcentrum tegenover het hotel en lopen een stukje door de buurt. Zelfs nu worden we lastig gevallen door TukTuk's.


Zaterdag 13 september
Agra - Jaipur, 240 km
Om 9.00 uur vertrekken we voor de rit naar Jaipur. Na ongeveer anderhalf uur rijden komen we aan bij Fatahpur Sikri. Dit is een 16de eeuwse hoofdstad gebouwd in een rotsachtig gebied op 37 km ten westen van Agra. Mogolheerser Akbar bouwde deze stad ter ere van de moslim soefi-heilige Salim Chishti die hem had voorspelt dat hij 3 zonen zou krijgen. Direct na de geboorte van de eerste zoon in 1569 bouwde hij de Jami Masjid (vrijdagmoskee) vlak bij de hut van de heilige in Sikri. Later werd de machtige stad gebouwd en kreeg de heilige er een mausoleum. In 1585, slechts 14 jaar nadat de stad voor het eerst werd bewoond, werd de stad alweer verlaten. Volgens de één vanwege gebrek aan water, volgens anderen door problemen in het noordwesten van het land. Het is lekker zonnig weer en het is een mooie stad om doorheen te wandelen. Bij de moskee mogen we niet komen omdat hier de laatste jaren nogal eens mensen vermoord worden. 
Om 12.00 uur vervolgen we onze weg en na een lunch onderweg komen we 6 uur later aan bij hotel Bissau Palace. Een voormalig paleis wat in 1919 door edelen is gebouwd binnen de stadsmuren. Elke kamer is anders en het is net of we in klein dorpje beland zijn waar de tijd stil is blijven staan. 
De groep gaat voor het diner naar een buffet waar live muziek is. Wij blijven in het hotel en eten op het dakterras a la carte. Voor inr 750 hebben we een heerlijke kip curry met nasi, een bier en een half flesje wijn. Zo lekker en goedkoop was het nog nooit. 
Het is hier voor het eerst dat we de mogelijkheid hebben om te internetten. We checken de mail en sturen een mailtje naar huis zodat ze weten dat alles goed gaat. We zijn nog maar net klaar met internetten en terug van een wandelingetje als de groep terug komt. Vonn vertelt ons dat er in Delhi 5 aanslagen zijn geweest waar 21 doden en 97 gewonden bij zijn gevallen. Later zien we op TV de beelden van deze aanslagen bij het winkelcentrum Karol Bagh en in de buurt van het hotel waar wij waren. Omdat ze deze beelden in Nederland waarschijnlijk ook te zien krijgen proberen we naar huis te bellen maar helaas krijgen we geen verbinding. Dan morgen maar proberen.


Zondag 14 september
Jaipur
We gaan om 8.00 uur op weg en maken eerst een fotostop bij het in 1799 door maharadja Pratap Singh gebouwde Hawa Mahal, het Paleis der Wind. Het gebouw heeft 5 verdiepingen met 953 nissen en ramen. Vermoedelijk met het doel om de hofdames in staat te stellen de processies in de straat gade te slaan zonder herkend te worden.
We stoppen nog even bij de pinautomaat en niet veel later komen we aan bij het Amber Fort, de oorspronkelijke residentie van de maharadja's. Het werd in 1592 gebouwd door radja Man Singh I maar de mooiste paleizen in dit fort zijn ontstaan in de tijd van Shah Jahan. Het ligt op een heuvelrug tussen de Arawalili heuvels. Beneden bij het fort staan heel veel olifanten die de mensen naar boven brengen. Zittend naast elkaar en schommelend op de rug van een olifant maken we de klim naar het paleis. Niet de meest comfortabele manier van reizen maar we hebben wel een mooi uitzicht. Vanaf het moment dat we bij het fort zijn aangekomen tot het moment dat we bij het paleis van de olifant afstappen worden we enorm lastig gevallen door verkopers en andere bedelaars. Onze chauffeur houdt ook zijn hand op en is niet blij dat we hem niks geven. Het is wel een mooi fort en Raz begeleid ons bij de wandeling door de verschillende paleiscomplexen met imposante pilaren en galerijen. Om de groep weer bij elkaar te krijgen fluit Raz op een speciale manier op zijn vingers. Bij de uitgang worden we opgewacht door hele hordes verkopers en fotograven met foto's van ons op de olifant. Het valt dan ook niet mee om bij de jeeps te komen die ons weer naar beneden moeten brengen. Om terug te komen bij de bus moeten we een heel eind met de jeeps door de stad. Overal op straat kom je hier olifanten en kamelen tegen. 
De bus brengt ons vervolgens naar een werkplaats waar met de hand tapijten gemaakt worden. In de winkel die erbij hoort krijgen we door de eigenaar een lunch aangeboden. Zodra de lunch op is begint de verkoop en worden ons tientallen tapijten getoond. Ook is er winkel waar ze stoffen verkopen. Al snel zijn we als eerste buiten waar we geduldig op de rest wachten. 
Tot slot maken we nog een tochtje met een riksja door Jaipur, ook wel de "roze stad". Het is de hoofdstad van Rajasthan die, bij het bezoek van de prins van Wales, in 1876 voor het eerst roze werd geschilderd op bevel van maharadja Man Singh II. Ieder huis in de stad wordt tegenwoordig wettelijk verplicht de façade zo te onderhouden. We zijn nog niet zo lang onderweg als het begint te regenen, al snel stortregent het en binnen no time zijn we helemaal doorweekt. Onze fietser vindt dat hij wel een fooi heeft verdiend en laat dat dan ook duidelijk weten. Met de inr 100 die we hem geven is hij toch niet echt tevreden terwijl dit voor hem al een heel kapitaal is. 
Terug in het hotel mogen we de mobiel van Vonn gebruiken om naar huis te bellen. Als het droog is lopen we nog een stukje in de buurt van het hotel en vinden zowaar een winkeltje waar we brood kunnen kopen. Het is voor het eerst deze vakantie dat we ergens rondlopen zonder lastig gevallen te worden.
Voor vanavond staat er een buffet gepland op het dak van het hotel. Omdat we hier gisteren goed gegeten hebben durven we het wel aan. Helaas, het buffet is niet echt super en tot overmaat van ramp begint het ook weer te regenen. Iedereen gaat met zijn/haar bord naar beneden waar we verder eten. Als toetje hebben ze wel een overheerlijke appeltaart.


Maandag 15 september
Jaipur - Puskar, 145 km
Na het bekende ontbijt van toast, jam, gebakken ei en koffie gaan we weer om 8.00 uur op weg. Het is gelukkig niet zo ver vandaag en na een koffiestop en een lekker stuk appeltaart in de bus, Vonn heeft vanmorgen in het hotel de appeltaart gekocht die ze over hadden, komen we al rond het middaguur aan in hotel Resort Village Canhera in Puskar. We lunchen in het hotel met, hoe verrassend, soep en een kaassandwich en cola. 
Puskar is een hindoeheiligdom want hier zou Brahma met een lotusbloem een duivel hebben overwonnen. Waar de bloemblaadjes neerkwamen ontstonden meren. Omgeven door 52 gaths (oevertrappen) die door edelen en koningen werden gebouwd ligt het heilige meer. Puskar is één van de weinige plaatsen waar een aan Brahma gewijde tempel staat. De tempel is tot 15.00 uur gesloten en staat aan het eind van een hele lange winkelstraat. De rest van de middag krijgen we de tijd om inkopen te doen.
We worden al snel belaagd door een man die zijn instrument aan ons wil verkopen. Het is een mooie ravanhasta die we eigenlijk wel graag willen hebben maar de inr 3000 die hij er voor vraagt vinden we te veel. Even is hij verdwenen om snel weer terug te zijn met een kleiner en goedkoper instrument. Deze is niet mooi en ziet er echt uit als een goedkoop souvenir. Weer bijna bij de bus en een uur verder is de prijs van de ravanhasta al gezakt naar inr 1500. We laten onze buschauffeur nog even voor ons onderhandelen en uiteindelijk kopen we het voor inr 1200. In de bus krijgen we een demonstratie van één van de straatkinderen.
Aan het eind van de middag zwaaien we de groep uit die op kamelentocht gaat terwijl wij nog maar eens gaan zwemmen. Het wordt steeds donkerder en de lucht is zwart als de kamelengroep na een uurtje al weer terug komt, net voor de bui. Het is dus slecht weer en we hebben niet genoeg honger om door de regen naar het restaurant te lopen. Met de laatste smeerworst en smeerkaas die we van huis hebben meegenomen smaken de broodjes van gisteren nog prima.


Dinsdag 16 september
Puskar - Udaipur, 288 km
Vandaag mogen we uitslapen en om 11.00 uur vertrekken we. Omdat gisteren de Brahma tempel gesloten was gaan we daar eerst heen. Al op straat moeten we onze schoenen uittrekken. De straat is zo smerig dat we niet het risico willen lopen op een enge infectie en gaan niet mee naar binnen. We krijgen nog tijd om te winkelen en worden om 13.00 uur bij de bus verwacht. Al snel hebben we gezelschap van het straatjochie van gisteren en samen met zijn broertjes blijft hij bedelen om eten. Hij weet precies te vertellen waar we meel kunnen kopen om chapati van te maken. Dit is een dun, plat ongerezen meelbrood van de bakplaat. Geld geven heeft weinig zin want dat moeten ze thuis afstaan en dan gaat het op aan alcohol voor vader.
Voor onderweg hebben we een lunch meegekregen. In verband met de criminaliteit op de route naar Udaipur schijnt het niet echt verstandig te zijn om vaak te stoppen. Behalve wat nomaden is er verder onderweg weinig te zien. Het enige wat we tot nu toe overal zien zijn veel grappige eekhoorntjes. Halverwege de middag hebben we wel een koffiestop en na een (hele vieze) plasstop bij een pompstation komen we pas rond 21.00 uur aan in hotel Vishnupriya.
We frissen ons snel even op en gaan dan naar beneden om te eten. We zitten met zijn vieren aan een tafel en het eten wat erop wordt gezet is koud en er zit een haar in. Er staat ook een buffet klaar maar dat is eigenlijk bedoeld voor een andere groep. We sturen het koude eten terug en mogen uiteindelijk toch van het buffet eten. Hoewel het niet de bedoeling is valt de rest van de groep ook gelijk aan. Dit eten is niet veel warmer en niet lekker. Bovendien zitten er een paar muzikanten zo hard te spelen dat we moeten schreeuwen om elkaar te kunnen verstaan.
Het was een lange vermoeiende dag en we hebben niet veel gegeten. Gelukkig hebben we een prima kamer met een heerlijk zitje. Alleen jammer dat de douche koud is.


Woensdag 17 september
Udaipur
We hebben nog steeds koud water en voordat we om 9.30 uur vertrekken melden we het bij de receptie. In de hoop vanavond wel warm te kunnen douchen. 
Udaipur werd in 1559 gesticht, vlak voor de derde plundering van Chittor door het leger van Akbar. Het stadsbeeld van deze residentiestad wordt gedomineerd door het Stadspaleis, het grootste paleizencomplex van Rajasthan. Een groot deel van dit complex is tegenwoordig een museum, bekend als het Pratap museum. Het is verdeeld in verschillende paviljoens en hallen met elk hun eigen thema zoals oude sculpturen, curiosa, antiek en inscripties uit vroegere tijden. Een mooi paleis waar veel te zien is. Fototoestellen en camera's mogen alleen mee het paleis in als we er voor betalen. Dit keer geven we ons fototoestel af omdat we geen zin meer hebben om hier extra voor te betalen zoals bijna overal het geval is. Het voormalige koninklijke gastenverblijf, de Shiv Niwas, nu één van de meest luxueuze hotels van Udaipur.
Aan de andere kant van de stad ligt de Saheliyon Ki Bari, ook wel vrouwentuin. In de 18de eeuw is de tuin ontworpen door Sangram Singh en bestemd voor zijn koningin en haar 48 hofdames. Hier konden ze ontspannen en ontsnappen aan alle politieke intriges. De tuin is beroemd om de groene grasvelden, de lotus vijver, marmer kunst en fonteinen. We gaan terug richting Stadspaleis waar we een boottochtje maken op het Picholameer met mooi zicht op het paleis. Midden in het meer ligt het Jag Niwas eiland met het 5 sterren hotel Palace. Hier logeren regelmatig grote sterren als Madonna. Terwijl we aan het varen zijn begint het te regenen en het wordt pas droog als we weer bij de bus zijn.
Het is al halverwege de middag als we terug komen bij het hotel en wat kunnen gaan eten. Tegenover het hotel zit een koffieshop waar ze naast allerlei soorten koffie ook kleine snacks verkopen, van tosti tot pizza en koek. Duidelijk is dat de hele groep honger heeft want al snel zit de koffieshop helemaal vol. Na een goede lunch maken we een wandeling in de omgeving. Op de hoek bij het hotel zit een drankwinkel dus eindelijk kunnen we zonder al te veel moeite bier en wijn kopen. En dat voor de helft van de prijs van wat we in Agra betaalde.
Vanavond eten we in restaurant Chirag, naast het hotel. Voor inr 650 hebben we een lekkere snelle hap van tomatensoep, kip curry met nasi en 2 sapjes. Onze melding bij de receptie vanmorgen heeft niet veel geholpen al is het water wel iets warmer dan gisteren.


Donderdag 18 september
Udaipur - Jodhpur, 266 km
Om 8.30 uur vertrekken we en na een koffiestop komen we bij de Shri Ranakpur Jain tempel. Via een trap bereiken we de ingang van de hoofdtempel, de Adinath tempel. Deze marmeren tempel werd gebouwd in 1432 en opgedragen aan de eerste tirthankara (jain leraar) Adinatha. De vele koepels en torenspitsen worden gedragen door 1440 pilaren voorzien van ingewikkeld uitgekapt beeldhouwwerk. Het is de grootste jain tempel van India en schitterend om te zien. We krijgen een rondleiding door een jain en als hij klaar is wil hij een gele stip op ons voorhoofd zetten. We gaan de man uit de weg maar hij zoekt ons op en voor we het weten hebben we ook een stip. Gelijkertijd staat hij zijn hand op te houden. Het is duidelijk dat het met de inr 10 die we erin leggen niet tevreden is. Gelukkig lopen we droog in de tempel want het regent weer eens. We zijn alleen even vergeten dat onze schoenen buiten staan, niet overdekt dus zijn ze zeiknat. Na de lunch van een kaas en clubsandwich met cola zoekt de chauffeur onze koffer op zodat we onze slippers eruit kunnen halen. Hebben we tenminste droge voeten.
Onderweg moeten we wachten voor een nomaden die met een kudde schapen de weg oversteken en stoppen we bij een klein dorpje waar voornamelijk schoenen worden gemaakt. Wij zijn voor de lokale bevolking net zo'n bezienswaardigheid als hun voor ons. De kinderen vinden het schitterend om op onze fototoestellen mee te kijken hoe de foto's geworden zijn. De enige inwoner met een mobiel loopt foto's van ons te maken. De oudste man van het dorp wil graag een zonnebril en is dan ook dolblij en trots als hij er één krijgt. We zijn net terug bij de bus als de eunuch het dorp in komt en een zeer warm onthaal krijgt.
Een kilometer of 60 voor Jodhpur zien we in een heel vlak landschap een rots, de tijgerrots. We willen hier graag een foto van maken en tot onze verbazing stopt de bus. Niet voor de rots maar voor een motor langs de kant van de weg met daarachter allemaal stalletjes waar van alles wordt verkocht. De motor is een symbool voor geluk. Het verhaal gaat dat een man een dodelijk ongeluk heeft gehad met de motor en dat een paar maanden later zijn vrouw zwanger blijkt te zijn. Dit wordt gezien als een wonder, haar man leefde immers al geruime tijd niet meer. Vrouwen hangen armbandjes in een boom omdat dit zou helpen om zwanger te worden. Er rijd een tractor constant rondjes om de motor want dat brengt geluk. Het is er ook een komen en gaan van vrachtwagens, allemaal van het merk Tata. 
Na een lange maar mooie en leuke dag zijn we rond 20.00 uur in hotel Karni Bhawan. We krijgen een kamer met 1 bed maar willen 2 bedden. Een ander stel uit de groep wil ook graag een andere kamer. Ze vinden dat de kamer die ze hebben te afgelegen ligt. Hier staan wel twee bedden dus ruilen we met hun. Onze nieuwe kamer ligt aan het zwembad en los van de rest van het hotel. In de tuin, onder het genot van een wijntje en biertje, eten we a la carte een soep, loempiaatjes en knoflookbrood. De bediening is wel langzaam maar het eten is goed.


Vrijdag 19 september
Jodhpur
Ondanks de harde bedden hebben we goed geslapen. We nemen weer een dagje voor onszelf en na een ontbijtje stappen we om een uur of tien in een TukTuk die voor het hotel staat te wachten. Eerst gaan we naar het Mehrangarh Fort dat 130 meter boven de stad Jodhpur ligt. Vanaf de parkeerplaats lopen we via een serpentineweg verder omhoog naar het fort. Het is één van de bekendste en grootste vestigingswerken in India. De bouw begon in 1459 onder maharadja Rao Jodha, de stichter van Jodhpur. Het fort heeft indrukwekkende muren tot 36 meter hoog en 21 meter breed. Op de IJzeren Poort staat de handafdruk van een vrouw die zich samen met het lichaam van haar dode man op de brandstapel liet verbranden. Dit heet sati, wat deugdzame vrouw betekent. Deze weduweverbranding komt nu nog sporadisch voor. We gaan het fort niet in maar genieten van het uitzicht wat we hebben op de blauwe stad. Jodhpur wordt zo genoemd vanwege de karakteristieke indigo kleurige huizen. Het is de tweede grootste stad in Rajasthan en bevindt zich aan de rand van de Thar-woestijn. De oude stad werd gesticht door Rao Jodha en is omringd door een 10 km lange muur met acht ingangspoorten en ontelbare bastions. De torens werden in de 16e eeuw gebouwd door Rao Maldeo in die tijd toen Jodhpur een bloeiende handelsstad was. Met meer dan 700.000 inwoners speelt de stad nog steeds een belangrijke rol als handelscentrum voor hout, kamelenfokkerijen, katoen, zout en allerlei landbouwproducten.
Op weg naar het centrum worden we eerst naar een textielzaak gebracht en vervolgens stoppen we voor een winkel waar thee en kruiden worden verkocht. We krijgen zoveel verschillende soorten thee en kruiden te ruiken dat onze smaakpapillen niet meer weten wat nu wat is. Uiteindelijk gaan we na een half uur naar buiten met slechts 1 zakje thee. We zijn nu vlak bij de markt in het centrum en lopen hier op ons gemak doorheen. Het lukt ons zelfs om wat broodjes en een soort van beschuitjes te kopen. 
De TukTuk heeft op ons staan wachten en brengt ons naar het hotel. Het is pas 13.00 uur als we terug zijn en lunchen met onze eigen broodjes. Het is heerlijk weer en de groep is op jeepsafari. Op één stel na is er verder niemand meer en voor de rest van de dag installeren we ons met een boek bij het zwembad. De rust is van korte duur want als we nog maar net liggen komt er een groep Australische motorrijders aan in het hotel. Vanavond eten we van het buffet in de tuin van het hotel. De muzikale begeleiding bestaat dit keer uit een man die op een ravanhasta zit te spelen.


Zaterdag 20 september
Jodhpur - Bikaner, 252 km
We zijn veel te vroeg wakker vanmorgen en om 9.00 uur gaan we op weg naar het 245 km verderop gelegen Bikaner. Voor de koffiestop gaan we naar een luxe 5 sterren residentiehotel waar we ruim een uur blijven hangen. Het is niet echt een mooie route maar we kunnen wel goed doorrijden. Tegen lunchtijd stopt de bus bij een aantal marktkraampjes. Vonn en de chauffeur stappen uit om terug te komen met een hele berg bananen, een paar pakken koekjes en wat sapjes. Het blijkt dat dit onze lunch is voor vandaag. Het restaurant waar we naar toe zouden bestaat niet meer en verder komen we niks meer tegen. We hebben zelf nog wat beschuitjes en met jam erop is dit een welkome aanvulling op onze lunch. 
In het plaatsje Deshnok staat de Karni Mata tempel, genoemd naar de beschermheilige van de tempel en de streek. Karni Mata leefde in de 14-de eeuw en men gelooft dat ze een incarnatie is van Durga, een van de belangrijkste en machtigste godinnen van India. Ze zweerde dat haar familieleden nooit werkelijk zouden sterven, ze zouden reïncarneren als ratten. Zo'n 600 families in Deshnok en omgeving geloven dat ze afstammen van deze godin en dat ze in een volgend leven terug zullen komen als ratten. De ratten in de tempel worden dan ook aanbeden en met zoete lekkernijen en melk verwend door priesters en pelgrims. De schoenen en sokken moeten weer uit maar je kunt wel sloffen krijgen voor over je blote voeten. Wij gaan niet de tempel in maar lopen door het dorpje waar we water, een sapje en chips kopen. Bij het winkeltje staat de lokale bevolking ook inkopen te doen. Als een grote wisseltruc gaat bij het betalen het geld in rap tempo van de één naar de ander. Er is ook een redelijk schoon openbaar toilet waar we dankbaar gebruik van maken.
We komen om een uur of vier aan bij hotel Raj Vilas Palace. Een half uurtje later vertrekt de groep naar een kamelenfokkerij terwijl wij op onze kamer genieten van een drankje en chips. Voor het diner staat er op het dak van het hotel weer een buffet klaar maar wij eten binnen a al carte. De tomatensoep, kip met nasi en een sapje smaakt prima en kost ons inr 650. Als we een poosje met Vonn zitten te praten komt het gesprek al gauw op de woordenwisseling aan het begin van de reis die toch wel heeft geleid tot een tweedeling van de groep.


Zondag 21 september
Bikaner - Nawalgarh, 217 km
Na het ontbijt staan er paardenkoetsjes te wachten om met de groep een rondje door Bikaner te maken. Wij gaan niet mee en relaxen op onze kamer tot de bus zover is om te vertrekken. Een kwartier eerder dan gepland, om 9.45 uur, gaan we weg. Volgens het reisprogramma brengen we onderweg een bezoek aan het Junagarh fort. Volgens Vonn is het geen mooi fort, het is er koud en kil en spreekt de meeste mensen niet aan. Om deze redenen en omdat we al genoeg forten hebben gezien deze vakantie slaan we het over. Bij twaalven uur hebben we een koffiestop waarna we doorrijden naar het hotel in Nawalgarh voor de lunch. We komen langs een kamelenmarkt waar we stoppen om een kijkje te nemen. De kamelen zien er allemaal goed verzorgt uit en gaan van hand tot hand. Het zijn voornamelijk mannen die op deze 3-daagse markt aanwezig zijn. Is erg leuk om te zien en tussen door te lopen. 
In de bus hebben we zelf al ontbijtbiskwie genomen als lunch. Maar goed ook want als we in hotel Roop Niwas Garden Palace aankomen hebben we niet veel zin meer om nog te lunchen. We lopen wat bij het hotel en worden aangesproken door een jongen die aan de overkant van de weg in een nomadenkamp woont.
Aan het eind van de middag gaan we naar het havelidorpje een kilometer of twee verderop en hier komen we dezelfde jongen van net weer tegen. Het woord haveli is van oorsprong Perzisch en betekent "ommuurde of ingesloten plaats". De originele functie (buiten de functie als residentie) was het huiselijk leven af te schermen van de buitenwereld, en zijn eigen levensritme te volgen. De haveli's zijn aan de ingang beschermd door grote, houten poorten, die herinneren aan middeleeuwse forten. In de poort is meestal een kleinere deur voor de dagelijks doorgang. Houtsnijwerk, decoratief messing en ijzeren hengsels demonstreren de rijkdom van de eigenaar. Balkons steken uit over de straat en de façade, de ingangen, de muren rond de binnenplaatsen, de borstwering en zolderingen zijn allemaal met mooie fresco’s bedekt. Bij een klein winkeltje kopen we nog wat soda, bier en kleine zakjes chips. Er lopen kinderen om ons heen die helemaal blij zijn met een paar zakjes chips. 
Om 20.00 uur gaan we aan het zoveelste buffet beginnen en weer is het eten is niet echt super. Het is wel gezellig.

Maandag 22 september
Nawalgarh - Delhi, 256 km
Vandaag vertrekken we om 10.00 uur voor de laatste etappe met de bus, 300 km naar Delhi. Er wordt alleen een plasstop gemaakt en om 14.00 uur stoppen we voor de lunch. De tomatensoep die we nemen is goed maar de kaas-tomaat en de kipsandwich vallen tegen. We rijden de hele route via de hoofdweg. Tot ver na de lunch is dit voor een groot gedeelte een onverharde smalle weg met tussendoor een aantal stukken die al wel geasfalteerd zijn. We komen langs kleine dorpjes waar langs de kant van de weg gewoon geparkeerd wordt en waar de buffels, varkens, honden, kamelen, olifanten en mensen op en langs de weg leven. De Indiër leeft in kleine hutjes op straat, hij eet er, hij slaapt er en hij sterft er. De armste worden zelfs op straat geboren en alleen de hele sterke overleven. Ze proberen zich in leven te houden door te bedelen. Vrouwen met meerdere kinderen, de wat oudere kinderen met een baby broertje of zusje in hun armen. Mannen zijn er bijna nooit bij.
De heilige koe kom je ook overal tegen. Ze eten alles wat ze tegen komen en gaan rustig midden op de weg liggen als ze daar zin in hebben. Het verkeer gaat er wel omheen. Met name in de grotere steden rijdt en loopt alles dwars door elkaar heen en is het een kakofonie van geluiden. Al het verkeer, van vrachtwagen tot riksja, is continu aan het toeteren of bellen. Door de toon en manier van toeteren maken ze aan elkaar duidelijk wat ze willen in het verkeer. In het donker is gebruiken ze ook lichtsignalen. 
We zijn al een heel eind aan het hobbelen als we toch nog op een echte snelweg terecht komen. Het laatste stuk kan de bus dan ook lekker doorrijden en rond half acht zijn we bij hotel Clarck Heights. Hetzelfde hotel als de eerste nachten en we hebben zelfs dezelfde kamer. Het buffet is hetzelfde als de eerste keer. Ze hebben een soort van tzatziki en de kip curry is prima te eten. De lemon soda laat even op zich wachten maar is wel lekker fris. Vonn heeft voor iedereen een echte riksjabel gekocht die ze, samen met een mooie brief, tijdens het eten komt uitdelen. En een herrie dat die 22 bellen kunnen maken.
Na het eten maken we een ommetje bij het hotel en voor het eerst komen we een soort van supermarkt tegen waar we yoghurt en 2 jus d'orange voor de prijs van 1 kunnen krijgen. Het is druk op straat en er zijn erg veel insecten. Morgen maar eens verder kijken.


Dinsdag 23 september
Delhi
Het is de laatste dag van onze reis in India en we hebben nog de hele dag om in Delhi rond te kijken. De stad behoort met zijn ruim 10 miljoen inwoners samen met Mumbai en Calcutta tot de drie grootste steden van India en is onder te verdelen in de stadsdelen Old Delhi en New Delhi. Old Delhi functioneert als het economische centrum en was tot 1931 de hoofdstad van Brits-India. Tegenwoordig is New Delhi de hoofdstad. Het is een industriestad, verkeersknooppunt, een cultureel centrum met, theaters, musea, galerieën en historische bouwwerken. 
We ontbijten op ons gemak en gaan eerst weer in de buurt van het hotel kijken, in de wijk Patel Nagar. Het is nog steeds druk maar de insecten zijn verdwenen. Al lopend door straten met allemaal leuke winkeltjes komen we terecht bij een park. Hier zitten de mannen te relaxen en spelletjes te doen. In de supermarkt hebben we lekkere broodjes, een pot pindakaas en smeerkaas gekocht. Samen met de jus die we nog hebben is dit onze lunch voor vandaag.
Van één van onze groepsgenoten is in de metro zijn beurs gerold. Wij stappen dus in met het geld verdeeld in verschillende broekzakken en de rugzak, op weg naar Karol Bagh. Het is twee haltes en omdat er veel mensen in willen stappen moeten we dringen en duwen om de metro uit te komen. Karol Bagh ligt in het hart van New Delhi, is één van de oudste winkelcentra van de stad en het grootste van Azië. Een leuk winkelgebied met vooral veel juweliers. Van de aanslagen van 10 dagen terug is niks meer te zien behalve dat de metro stations extra beveiligd zijn.
We gaan terug naar hotel ook weer met de metro. Voor inr 2000 hebben we onze kamer aangehouden tot we vanavond naar het vliegveld gaan dus we kunnen nog even lekker douchen en een poosje liggen voor we gaan eten. We eten voor de laatste keer a la carte, nasi met zoet zure kip en kip tandoori. We zitten nog na te genieten als Vonn met een envelop naar ons toekomt. Voor een aantal optionele dingen waar we toch aan hebben meegedaan wil ze nog inr 1500 hebben. Als we de entreegelden van de dagen dat we niet zijn mee geweest eraf halen hoeven we nog maar inr 500 te betalen. Om 21.30 uur worden we gebeld of we naar beneden willen komen om te vertrekken naar het vliegveld.
Eenmaal op het vliegveld checked Vonn iedereen in en op allebei de vluchten zitten we naast elkaar. Aan alle handbagage dient een label te zitten wat gestempeld wordt zodra het door de scanner is geweest. In de rugzak zit water en een mixje met onze laatste beerenburg. Dit moeten we helaas achterlaten. De vrouwen moeten door een ander poortje als de mannen en worden gefouilleerd een vrouw. In mijn broekzak vind ze een tampon en het is duidelijk dat ze zoiets nog nooit heeft gezien. Na een poging om uit te leggen wat het is twijfelt ze nog wat maar uiteindelijk mag het toch mee. We maken onze roepies op aan wat rum, water, bier, pennen en sleutelhangers van olifanten.


Woensdag 24 september
Delhi - Amsterdam, 6357 km
Vannacht om 1.30 uur zijn we met vlucht LX147 uit Delhi vertrokken. Na 8½ uur vliegen komen we om 6.10 uur lokale tijd aan in Zürich. We hebben net als op de heenweg een uur de tijd om door de douane te gaan en bij de andere gate te komen. Vlucht LX714 vertrekt om 7.20 uur, keurig op tijd. Nu is het nog maar anderhalf uur vliegen en even na 8.30 uur landen we op Schiphol. Nog een keer langs de paspoortcontrole en dan de koffer van de band halen. Gelukkig gaat dit allemaal vrij snel en hebben we een goede aansluiting op de trein en na een overstap zijn we om 10.30 uur thuis.
Einde van een vermoeiende maar leuke vakantie waar we weer heel veel gezien hebben. India is niet een bestemming waar we terug zullen komen maar we hadden het zeker niet willen missen.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.